top of page

Stotteren

​Informatie ouders
Ieder kind struikelt wel eens over zijn woorden. Tussen het tweede en vijfde jaar is de taalontwikkeling in volle gang. Toch kunnen sommige haperingen u als ouder ongerust maken.
Stotteren ontwikkelt zich vaak heel geleidelijk, en kan ook veranderlijk zijn. Soms lijkt het verdwenen; plotseling duikt het weer op. Misschien heeft uw kind moeilijkheden met spreken; uw kind herhaalt lettergrepen, woorden, zinsdelen en/of uw kind houdt klanken lang aan; het blokkeert. Hij/zij kan zelf goed in de gaten hebben dat het spreken niet makkelijk gaat. Hierdoor loopt uw kind het risico om allerlei andere verschijnselen te ontwikkelen, zoals met ogen knipperen en duwen bij het praten.
Voor een zo gunstig mogelijke ontwikkeling van het vloeiende spreken is het van belang dat u en uw kind, emotioneel en communicatief, zo gezond mogelijk om leren gaan met de haperingen.
Een logopedist met stotterspecialisatie kan vaststellen of er sprake is van risicofactoren waardoor blijvend stotteren zich kan ontwikkelen. Ouders krijgen adviezen voor hoe ze met de haperingen kunnen omgaan.  Afhankelijk van de ernst van het stotteren wordt bepaald of er ook actief/direct met uw zoon/dochter zal worden gewerkt. Voorwaarden scheppen om zoveel mogelijk vloeiend te spreken zal altijd het doel zijn.

Informatie voor jongeren
Stotteren kan je behoorlijk in de weg zitten. Je gaat naar de middelbare school, gaat een vervolgopleiding doen en wie weet wat voor studies nog volgen. Het stotteren kan je onzeker maken. Hoe je in deze periode omgaat met je stotteren is vaak bepalend voor je verdere toekomst. Dus: laat je het je leven beheersen en maakt het je angstig voor het leggen van contacten? Of maak je stotteren bespreekbaar door er open over te praten. Bij dit laatste kan er een enorme last van je schouders vallen.

Informatie voor (jong) volwassenen
Stotteren is een timingstoornis. Iemand die stottert, heeft een zwakke aanleg voor timing van spreekbewegingen. Er zijn globaal 3 factoren die het timingsysteem uit balans kunnen brengen; spanning, snelheid en belemmeringen. Het kan zijn dat je behoorlijk last hebt van je stotteren.  Je hebt bijvoorbeeld angst om te stotteren en  angst voor bepaalde situaties.  Reacties bij die angst kunnen zijn: transpireren en hartkloppingen, minderwaardigheidsgevoelens, schaamte en sociaal isolement.

De doelstelling van de begeleiding is dan inzicht krijgen in het stotteren en de beinvloedende/uitlokkende factoren, last van de klacht verminderen, eerst makkelijker leren stotteren om dan  vervolgens (wanneer mogelijk) meer vloeiendheid tijdens het spreken te krijgen.

bottom of page